De KNKV levert al meer dan 100 jaar een grote bijdrage aan de instandhouding en uitbreiding van dit culturele erfgoed. De liefde en het draagvlak voor de beiaardcultuur ligt in de lokale gemeenschap, in de dorpen en de steden. Het ontwikkelen en behouden van voldoende draagvlak bij een breed publiek is cruciaal voor de beiaardcultuur. De KNKV is een netwerkorganisatie, waar  mensen die de beiaard en klokken een warm hart toedragen, elkaar ontmoeten.

Beiaard

Een beiaard, carillon of klokkenspel is een muziekinstrument waarvan de klank wordt voortgebracht door een reeks van tenminste 23 op toon gestemde klokken. De traditie van het beiaardspelen is kenmerkend cultureel erfgoed van de ‘Lage Landen’: Nederland en België. De meeste beiaarden zijn dan ook hier te vinden. Nederland bezit ruim 190 torens met een beiaard die handmatig wordt bespeeld, maar ook automatisch kan klinken.

Beiaardier

Het instrument wordt handmatig bespeeld door middel van een klavier, bestaande uit houten stokken en pedalen die met draden zijn aangesloten op de klepels van de klokken. Deze houten stokken zijn gegroepeerd als de toetsen van een piano of orgel. De beiaardier (degene die het instrument bespeelt) slaat met de zijkant van zijn gebalde vuisten of met zijn vingers de toetsen aan. De zware kloken kunnen door middel van een (aangehangen) pedaal met de voeten bespeeld worden.

Ontwikkeling van de beiaard

De beiaard die zich rond 1500 in de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden begon te ontwikkelen was aanvankelijk een heel primitief instrument. Daarin kwam verandering rond 1640 toen de klokkengieters Pieter en François Hemony zich in Zutphen vestigen en een techniek ontwikkelden om klokken zuiver te stemmen.

Het klokkenspel werd daarmee een volwaardig instrument en elke zichzelf respecterende stad schafte een of meerdere beiaarden aan. Helaas raakte de kennis van de broers Hemony in de loop van de tijd verloren.  In de 19e eeuw sloeg het verval toe. 

Dankzij de inspanningen van de Mechelse beiaardier Jef Denijn en de herontdekking van de stemkunst door de Engelse klokkengieter Gillet & Johnston, breekt aan het eind van de 19e eeuw een nieuwe bloeiperiode aan voor de beiaardcultuur.

Tijdens  de Tweede Wereldoorlog zijn veel luidklokken en beiaarden verloren gegaan. Gelukkig zijn er sinds 1945 veel nieuwe luidklokken en beiaarden gerealiseerd. Met het “Doe Beiaard” project wordt ook de jongere doelgroep hiervoor enthousiast gemaakt